‘Ben je oké?’ zet seksuele intimidatie op de agenda

Ben je oké? Met deze vraag maakt Rutgers, kenniscentrum seksualiteit, ongewenst seksueel gedrag tijdens het uitgaan bespreekbaar. Wij vroegen Maartje Puts hoe zij samen met de partners van dit project bijdraagt aan het voorkomen van ongewenst seksueel gedrag op festivals en in podia en clubs.
Tijdens het pleitte Rutgers samen met Stichting NO THANKS! en de Melkweg voor een cultuurverandering. Er werd opgeroepen samen te werken aan een cultuur waarin ongewenst seksueel gedrag niet langer gezien wordt als iets dat er nou eenmaal bij hoort in het uitgaansleven of tijdens een concert. Hier kwam de campagne ‘Ben je oké?’ uit voort, die drie weken later in samenwerking met Celebrate Safe en de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals (VNPF) werd gelanceerd.
De boodschap van de publiekscampagne is: zie je ongewenst seksueel gedrag? Vraag dan aan degene die het overkomt: ‘Ben je oké?’ Volgens Puts is het belangrijk dat organisaties onderling en met publiek samenwerken om een veilige sfeer te creëren. “Wij merkten dat veel festivals en podia het probleem wel herkennen, maar geen handvatten hadden om het aan te pakken. Ook wisten we dat het heel lastig is voor één organisatie om met dit onderwerp naar buiten te komen. We zagen dat organisaties daar zoekende in waren en daarom hebben we hen intensief betrokken bij het opzetten van deze campagne.”
Seksueel ongewenst gedrag en uitgaan gaan hand in hand
Onderzoek van de initiërende partijen wijst uit dat in Nederland één op de twee vrouwen en één op de vijf mannen ooit in hun leven te maken krijgt met seksueel ongewenst gedrag. Puts benadrukt dat het dus niet alleen een probleem voor vrouwen is, maar ook van mannen.
“Ben je oké gaat bijvoorbeeld om ongevraagd zoenen of aanraken op plaatsen waar men dat niet wil. Dat gebeurt veel tijdens het uitgaan, omdat dit de plekken zijn waar mensen naartoe gaan om anderen te leren kennen en te flirten. Dat is dan natuurlijk ook het moment waarop die grenzen opgezocht worden. Maar we weten dat iedereen een andere grens heeft en dat veel mensen het lastig vinden hoe ze die bij elkaar kunnen checken.” De campagne richt zich daarom op die grensoverschrijding, in het grijze gebied van flirten en ontdekken, waarin het voor de één heel duidelijk is wat fijn is, dat voor de ander niet zo hoeft te zijn.
Positieve en laagdrempelige boodschap
Veel mensen zijn zich niet bewust van het feit dat zij een ander kunnen kwetsen met hun gedrag. Zowel Rutgers, als NO THANKS!, Celebrate Safe en de VNPF wijzen daarom niet met de beschuldigende vinger, maar willen met de campagne het gesprek openen. “Ben je oké? is een hele neutrale vraag, waarmee je niemand beschuldigt. Dus degene die misschien over een grens ging bij een ander en in dit geval een mogelijke dader zou kunnen zijn, hoeft zich niet aangevallen te voelen,” aldus Puts.
Podia en festivals die willen deelnemen, kunnen campagnemateriaal aanvragen en ophangen in toiletten, op de website plaatsen, delen via sociale media of als hekbanners bij festivals ophangen. Overal staat dezelfde vraag in felle kleuren: “Ben je oké?” Puts legt uit dat het helpt als organisatoren ook zelf berichten plaatsen op social media. “Daarmee laat je ook als organisatie aan je publiek weten dat je ongewenst seksueel gedrag afkeurt en dat het heel gewoon is om er wat van te zeggen als je ziet dat iemand zich ongemakkelijk voelt.”
Medewerkers van Rutgers zijn zelf ook aanwezig op verschillende festivals door het land om met het publiek in gesprek te gaan over dit onderwerp. Zo werd er op de Zwarte Cross ‘Ben je oké?’-twister gespeeld, waarbij mensen met buttons op hun kleding konden aangeven waar ze het oké vonden om aangeraakt te worden en waar liever niet. Ook deelde Rutgers een quiz uit met laagdrempelige vragen om mensen ervan bewust te maken wat voor soort omstander ze zijn. Op een grappige en ongedwongen manier kregen zij vervolgens tips hoe zij het gesprek kunnen openen over ongewenst seksueel gedrag.
Wat kunnen podia en festivals zelf doen?
Naast dat de campagne wil stimuleren dat bezoekers met elkaar het gesprek aangaan en zo bijdragen aan een veilige sfeer, kunnen organisaties zelf ook veel doen om seksueel ongewenst gedrag te voorkomen. Volgens Puts is het belangrijk om het gesprek daarover te voeren. “Veel organisaties gaan goed om met slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Maar dan is het al gebeurd, terwijl je het beter kan voorkomen. Dat gesprek over wat jij als organisatie kan doen om het te voorkomen en hoe je handelt als het wel plaatsvindt, is heel belangrijk. Iedereen heeft een andere grens en dat sijpelt ook door naar je personeel. Als de barmedewerker het niet erg vindt dat iemand ongevraagd aan zijn of haar billen zit, dan is het waarschijnlijk dat diegene ook vanuit die houding reageert naar het publiek.”
Het is daarom belangrijk dat het personeel weet hoe ze ongewenst seksueel gedrag kunnen herkennen, zodat ze het voor kunnen zijn. Deze afspraken, die gaan over hoe je er als personeel mee omgaat als iemand iets komt melden en wat je doet met mogelijke daders, dien je volgens Puts op te nemen in je beleid. “Het is goed om als organisatie één stem te laten horen.”
Leidt de campagne tot minder incidenten?
Puts beschrijft de samenwerking met de culturele sector als ‘heel positief’. “Wij merken dat er ontzettend veel bereidwilligheid is van culturele organisaties om mee te doen. We hadden binnen een maand zeventig locaties van organisaties – poppodia, clubs en festivals – die de communicatiemiddelen willen gebruiken en berichten verspreiden via sociale media.”
Ondanks dat de boodschap breed wordt uitgedragen, is het na een jaar moeilijk te zeggen of de campagne heeft geleid tot een vermindering van het aantal incidenten. Wel staat het onderwerp op de agenda en dat is wat Rutgers voor ogen had. “Het is heel lastig om te meten. Op het moment dat je mensen vraagt om melding te maken van ongewenst gedrag, lijkt het voor organisaties alsof het negatieve gedrag toeneemt. Maar je zou dat ook kunnen zien als een resultaat van de campagne: omdat mensen het zien, wordt het besproken.”
Voor bezoekers helpt het ook dat de campagneboodschap zichtbaar is. Zij gaven in 350 gesprekken met Rutgers gaven aan zich al veilig voelen als zij die vraag steeds terugzien, omdat ze weten dat er op hen gelet wordt. Het zorgt ervoor dat zij zelf bewuster worden van het feit dat ongewenst seksueel gedrag er niet bij hoort tijdens het uitgaan.
Rutgers maakte een video over de resultaten van het afgelopen jaar.
Betrek je hele organisatie in het proces
‘Ben je oké?’ is de eerste campagne die dit onderwerp concreet aansnijdt en mensen een handelingsperspectief geeft. Voor Puts is het belangrijkste inzicht dat dit onderwerp op verschillende niveaus aangepakt moet worden. “Dit geldt voor het lesgeven aan jongeren. Over wat je eigen én andermans wensen en grenzen zijn en hoe je daarmee omgaat. Ook dat er in de maatschappij een nieuwe norm komt over wat we als normaal gedrag beschouwen. Het is belangrijk dat alle culturele organisaties het ook op verschillende niveaus aanpakken. Neem het op in het beleid, in de huisregels, communiceer het op de website en op je locatie, maar ga ook het gesprek aan met personeel en je publiek.”