De periode 2007-2013 wordt ook in het land van poppodia gekenmerkt door de economische recessie. De lasten voor poppodia zijn gestegen (met name door een duurdere huisvesting, maar ook door programmakosten en personeel), terwijl de publieksinkomsten dalen doordat de bezoeker bijvoorbeeld minder geld besteed aan de horeca-gelegenheden.
Het totale aantal clubavonden is gedaald, terwijl het aantal concerten is toegenomen. Hierdoor is het totale aanbod aan activiteiten nagenoeg stabiel gebleven. Eenzelfde trend is te zien vanaf 2011 in het bezoek: er is een afname in het betalend bezoek, terwijl de gratis bezoeken stijgen. Daardoor is het totale aanbod bezoeken aan de poppodia gelijk gebleven. 
Doordat de uitgaven zijn gestegen en de inkomsten zijn gedaald, is het niet onlogisch dat de poppodia meer zijn gaan steunen op de inzet van vrijwilligers en stagiaires. Het aandeel betaalde werknemers is dan ook gedaald en opvallend is dat vooral het aandeel in de functie publieksdiensten zijn gekort, zoals de horeca, beveiliging en de garderobe.
Ondanks de recessie lukt het poppodia tot nu toe nog goed om zich financieel draaiende te houden door creatief ondernemerschap, aldus de VNPF. De vereniging waarschuwt wel dat verder teruglopende inkomsten en stijgende lasten een daadwerkelijk probleem kunnen vormen in de toekomst.
De presentatie werd afgesloten door aanvullende cijfers van onderzoekers Gwen Teesing van Ape Onderzoek en Advies en André Nuchelmans van de Boekmanstichting en Cultuurindex Nederland, die het onderzoek over de poppodia in een breder economisch perspectief plaatsten en de verhouding met andere culturele sectoren lieten zien.
Download de presentatie van het onderzoek hier.
Bron: VNPF