Sterke subsidieaanvragen

12 nov 2010

Waar overheden bezuinigen, fondsen kritischer worden en eigen inkomsten afnemen, is het meer dan eens van belang de weg te weten in subsidieland. Tijdens een symposium van Facta en LaGroup werden goede voorbeelden en diverse waarschuwingen gegeven voor het schrijven van een goede aanvraag.

Door Berber van Oyen

De bijeenkomst vond op 14 oktober jl. plaats in Utrecht onder de noemer ‘IJzersterke cultuurplannen’. Zowel overheidsfondsen als  private fondsen kwamen aan bod.

Wat gaat er mis?
Alle sprekers besteedden aandacht aan de ‘don’ts’ bij ingediende aanvragen. De belangrijkste op een rij:

  • Het plan mist bevlogenheid en urgentie en is te zakelijk opgesteld. De passie/inspiratie van de maker(s)/bedenker(s) moet van de bladzijden spatten!
  • De essentie ontbreekt. Liever een kort en helder verhaal dan een oeverloze hoeveelheid pagina’s zonder kern. Een goede aanvraag laat zich in één zin vertellen.
  • Men heeft last van navelstaren, kijkt teveel naar het eigen ‘product’ en is niet omgevingsbewust. Concurrentie komt niet aan bod.
  • De aanvraag sluit niet aan bij het beleid van het fonds. Wat past er bij het fonds? Wat vinden zij belangrijk om te steunen?
  • De aanvrager kent de criteria niet. De ene instelling werkt heel anders dan de andere. Houd rekening met de beoordelingscriteria.
  • Aangevraagd bedrag is veel te hoog of laag. Tast in een voorgesprek af wat haalbaar is. Vind de balans tussen optimistisch en realistisch. Er moet wat kunnen afvallen, zonder dat het project meteen moet worden geannuleerd.
  • Afzender is ‘onbetrouwbaar’, d.w.z. het fonds vindt het onwaarschijnlijk dat het plan door de aanvragende partij gerealiseerd kan worden (door staat van dienst of bescheiden omvang). Geef aan hoe en met wie je het voor elkaar gaat krijgen. Stuur aanbevelingen en cv’s vooral mee!
  • Men is te onzeker. Je hoeft niet arrogant te worden, maar  je heel bescheiden en onderdanig opstellen is niet sterk. Ga uit van je kracht.
  • Samenwerkingspartners zijn niet gecheckt. Er wordt geschermd met namen en instellingen waarmee een project kan worden opgepakt, maar dat is niet met die partijen afgestemd. Niet slim, zeker niet als het fonds dat (toevallig) met hen bespreekt.
  • Er wordt verwezen naar toezeggingen. Ook al is een bureaumedewerker of ambtenaar enthousiast ove een plan, meldt dat dan niet (te stellig) of houdt het neutraal (‘Zoals met x besproken/bij y aangekondigd’). Het is namelijk geen toezegging en kan irritatie opwekken.

Nog enkele tips

  • Stel de volgende vraag centraal: wat maak je voor wie?
  • Vraag altijd bij meerdere fondsen tegelijk aan. Stel je Droombegroting op basis van toezeggingen van al deze fondsen, maar houd een realistisch scenario achter de hand bij toekenning door slechts een deel ervan.
  • Reden voor een te zakelijke aanvraag kan zijn dat het schrijven wordt uitbesteed aan iemand die de maker/organisator onvoldoende (letterlijk en figuurlijk) aan het woord laat. Wil of kan de maker niet zelf schrijven, neem dan voldoende citaten van hem/haar/hen op. Laat het een plan met een ziel zijn.
  • Visualiseer je plan. Door schetsen mee te sturen of heel beeldend te beschrijven hoe een fictieve bezoeker het festival/evenement/project straks gaat beleven (bv. als korte passages door het hele plan heen).
  • Neem een goede honorering voor makers en kunstenaars op. Het moet in verhouding staan tot het budget voor zakelijke leiding, ook al wil de maker het wel voor een appel en een ei doen.
  • Creëer vooraf een ‘buzz’ rondom je aanvraag. Zorg dat de commissieleden er al over hebben gehoord via hun netwerk. Zorg dat er reuring en nieuwsgierigheid ontstaat.

Crowd funding
Zeer interessant was de aandacht die er ’s ochtends werd besteed aan ‘crowd funding’. Hierbij zorgen veel mensen met kleinere bijdragen er samen voor dat een project doorgang vindt. Een maker moet rechtstreeks pitchen bij het publiek en heeft meteen een goed idee van de populariteit en haalbaarheid van zijn/haar project. Een geweldig voorbeeld hiervan is de site www.voordekunst.nl van het Amsterdams Fonds voor de Kunst. Je ziet daar in een oogopslag de projecten en hoe ver ze zijn bij het binnenhalen van hun geld. Zou toch een supertoepassing kunnen zijn voor theaters en gezelschappen!

‘IJzersterke cultuurplannen’ werd georganiseerd door Facta i.s.m. LaGroup. Sprekers waren onder meer: Clayde Menso (Amsterdams Fonds voor de Kunsten), Laurien Saraber (Fonds Podiumkunsten), Karin Meijerman (gemeente Leeuwarden), Gerard van Veen (provincie Gelderland) en Johan Idema (LaGroup). Er werd ook gebruik gemaakt van het boek ‘De zin die kleefde’ van LaGroup.