In het bedrijfsleven zetten fabrikanten steeds efficiëntere marketing in om klanten te verleiden nog meer van hun producten te kopen. Sinds een aantal jaar baseren de marketeers hun marketingactiviteiten in toenemende mate op marktonderzoek — een combinatie van klantonderzoek, concurrentieanalyse en data-analyse op de eigen bestandsgegevens. Hoe meer inzicht in wie je klant is en wat hij van je product verwacht en hoe meer kennis van wat de concurrentie doet, hoe groter de kans op het succesvol verkopen van je eigen product.
Culturele uitvoeringen zijn vooral intrinsiek gedreven; makers voelen een behoefte om hun uitvoering vorm te geven op de manier zoals zij die voor ogen hebben. En gelukkig maar, daarmee wordt het ‘product’ juist wat het is: podiumkunst. Fabrikanten zoeken vervolgens ‘klantgroepen’ daarbij en proberen inzicht te krijgen in hoe die klantgroep hun product gebruikt om het zo te optimaliseren en steeds meer van te verkopen. Hier ligt mijns inziens nog een belangrijke kans voor de culturele marketeer.
In de culturele wereld is het naar mijn mening zelfs nog belangrijker om je klanten goed te kennen, omdat juist in de culturele wereld je concurrentie moordend is: de concurrent legt niet alleen beslag op je portemonnee, maar vooral ook op je schaarse vrije tijd. De vrije tijd van potentiële bezoekers wordt geclaimd door vrijetijdsslurpers zoals Instagram, Netflix en samen eten of naar de kroeg. Je zal dus met een beperkter marketingbudget een grotere concurrentie aan moeten gaan.