Hoe hogere belastingen leiden tot een lagere betrokkenheid van het publiek

9 of 21 procent: Marketeers over btw-verhoging op cultuur

De geplande btw-verhoging voor de Nederlandse cultuursector leidt tot hogere ticketprijzen en minder bezoekers. Zeven marketeers vertellen hoe ze proberen te balanceren tussen financiële stabiliteit en het toegankelijk houden van cultureel aanbod. 

Door Delphine Dop

Fotografie

Fotocredit: Unplash

Op Prinsjesdag 2024 werd het Belastingplan voor 2025 gepresenteerd, waarin een btw-verhoging voor de culturele sector werd aangekondigd. Volgens het voorstel zou de btw vanaf 2026 stijgen van 9% naar 21% voor alle culturele organisaties, met uitzondering van bioscopen. Om deze extra belastingkosten te compenseren, zouden culturele organisaties hun ticketprijzen met 12% moeten verhogen.

Na de aankondiging waarschuwden economen en beleidsadviseurs voor een groot potentieel inkomensverlies in de sector. Door de stijgende ticketprijzen zouden musea naar verwachting 2,3 miljoen bezoekers minder trekken, festivals 1,5 miljoen en theaters 900.000. Tegelijkertijd zouden niet alleen de eigen inkomsten dalen, maar ook de cultuursubsidies afnemen door een verlaging van het Gemeentefonds (Visser 2024). Dit zou leiden tot een geschatte inkomstenderving van 350 miljoen euro (Visser 2024, Weij 2024).

De culturele sector reageerde fel op de plannen en verenigde zich in protest tegen de btw-verhoging. Door intensief lobbywerk werd het voorstel op 14 november van tafel gehaald. Toch blijft de onzekerheid groot, aangezien er nog geen politieke overeenstemming is over alternatieven voor de btw-verhoging.