Wat lost een collectief systeem voor publieksdata eigenlijk op?

Taskforce Publieksdata op het verkeerde spoor?

#Data
24 nov 2021

Als een collectief systeem het uitgangspunt is, bereikt de Taskforce Publieksdata dan het doel om publieksbereik in de culturele sector te optimaliseren? Anna Elffers en Sara Oomen uiten hun twijfel en verleggen de focus naar de behoeften van makers en culturele instellingen zelf.

Door Anna Elffers & Sara Oomen
Publieksonderzoekers
Anna Elffers is onderzoeker en adviseur met de focus op cultuur en publiek. Sara Oomen is data-analist en marketingadviseur voor de culturele sector.
Fotografie

Pixabay

Een collectief systeem voor publieksdata in de culturele sector. Het klinkt prachtig. Je zou dus verwachten dat wij de investeringen die het Ministerie van OCW de laatste jaren deed in diverse onderzoeken hiernaar en in de oprichting van een Taskforce Publieksdata, met gejuich zouden ontvangen. Als zelfstandig publieksonderzoekers zijn wij namelijk gebaat bij een zo groot mogelijke toegankelijkheid van publieksdata. Wij geloven dat de kunst- en cultuursector er veel aan heeft om haar publiek beter te (leren) kennen door slim gebruik te maken van die data. Meer kennis over publiek kan ervoor zorgen dat cultuurmakers en -instellingen erin slagen om ‘het verdienvermogen en de maatschappelijke relevantie te verhogen’, zoals de Taskforce belooft. Toch bekruipt ons een ongemakkelijk gevoel nu we van een afstandje volgen hoe er toegewerkt wordt naar een collectief systeem voor publieksdata, waarin data centraal verzameld en geanalyseerd worden. We twijfelen of de behoeften en mogelijkheden van individuele makers en organisaties wel voldoende zijn meegenomen. Wij maken ons zorgen of het geïnvesteerde geld zo wel echt ten goede komt aan waar het OCW én de sector om te doen is: het optimaliseren van het publieksbereik van de kunst- en cultuursector.